vrijdag 4 september 2009

Imer Deliu


Deze dag staat volledig in het teken van Imer Deliu (links). Ik had zijn naam eerst als Ali begrepen, maar kennelijk zijn vaders voornaam verwisseld met zijn voornaam. Zelf heeft hij zijn achternaam veranderd in Deliu. Ten opzichte van het eerdere Deliaj hebben ze dat om grammaticale redenen gedaan.

Vanmorgen naar het Humanitarian Law Fund en eerst wat interviews doorgenomen. Ik heb hen kunnen verrijken met een viertal interviews over een zaak die belangrijk is voor hen, die ook nog eens een aspect vertegenwoordigen dat ze nog niet hadden. Goed om samen te werken dus. Daarna heeft een tweetal mensen van hen me naar Imer gebracht. Ze hadden zelf werk daar op loopafstand van te doen, dus dat kwam erg goed uit.

Imer heb ik in november 1998 geinterviewd na het bloedbad op zijn familie en anderen in dat dorp, Abri e epërm, totaal 22 doden. Dat was toen UCK gebied en alleen te betreden met hun toestemming. Hij heeft het verhaal toen nogal kort verteld omdat de emoties toen enorm waren. Hij verloor die dag twee kinderen, zijn vrouw, zijn broer, diens vrouw en twee van hun kinderen en zijn moeder. Ook zijn hun huizen verbrand. Wat op mij díe indruk maakte dat ik hem graag nogmaals wilde spreken, is dat hij geen wraak zocht, maar gerechtigheid. Dat is gelukkig nog zo.

Ik heb zijn hele ochtend in beslag genomen. We hebben de gebeurtenissen van toen nu veel gedetailleerder doorgenomen, met voorgeschiedenis en met alle details. We hebben zoals mijn bedoeling was, ook over de ontwikkelingen daarna gesproken. En vanzelfsprekend over zijn houding die ik bewonder. Die is voor hem zo vanzelfsprekend, zo eigen, dat hij dat wel een beetje gek vind. Ik vertelde hem dat de meeste mensen zo overweldigd zouden zijn door zo'n gebeurtenis, dat ze vóór alles wraak zouden willen. Dat overtuigde hem iets meer.

Na het gesprek gingen we de plaats des onheils bezoeken. Dat was voor hem natuurlijk emotioneel. Ik heb veel foto's gemaakt van resten die nu nog te vinden zijn, dat zijn dan resten van synthetische kleren, plastic en resten van matrassen. Ze zaten daar in een tent verborgen. Ze zijn gevonden doordat een oude vrouw uit het dorp gedwongen werd de plaats te tonen waar ze verborgen waren. Deze oude vrouw werd als eerste gedood. Daarna hebben ze een handgranaat op de tent gegooid en diegenen die daaruit nog konden wegvluchten, zijn op hun vlucht gedood. Twee jonge meisjes, 14 en 16 jaar oud, kregen een aparte behandeling.
Daarna liepen we terug en hebben we al wachtend tot ik opgehaald zou worden, gewoon gepraat. Dat had ik eigenlijk achteraf gezien ook graag opgenomen. We hebben bijvoorbeeld over geloof gesproken. Hij zei, ik ben een kleine gelovige. Ik vroeg, wat bedoel je daar nu toch mee. Hij legde het uit. Hij is iemand die eerlijk door het leven gaat (dat is volgens mij ook echt zo), hij zondigt niet en gelooft in God, in zijn geval in Allah. Maar hij gaat niet naar de moskee, bidt niet en geeft geen geld aan de kerk. Op een dag was hij op weg ergens naar toe, samen met de Hoxha. De Hoxha vroeg hem waarom hij dat allemaal niet deed. Hij antwoordde: Ik leef volgens belangrijke menselijke normen en waarden en overtreed de wetten van God niet. Waarom moet ik dan nog naar de moskee, ik heb geen vergeving nodig, ik hoef niet te bidden. Nee, die mensen die naar de moskee gaan, hebben kennelijk een reden om naar de moskee te gaan, ze hebben zeker gezondigd of leven onwaardig. Nee, Hoxha, ik hoef niet naar de moskee... Wat een geweldig antwoord.
Ik ben niet teleurgesteld in mijn verwachting, deze dag was een hele mooie dag, ook al hebben we indringend over verschrikkelijke gebeurtenissen gesproken.

2 opmerkingen:

  1. Zo'n man moet voorgedragen worden voor de Nobelprijs voor de vrede.
    Wim Boschloo

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Precies de reden dat ik hem zo graag nog een keer wilde ontmoeten. In het uitgebreide interview dat ik aan het uitwerken ben, komt dat nog mooier naar voren. Ik vind hem precies zo´n voorbeeld dat je helemaal niet intelligent of geleerd hoeft te zijn om wijs te kunnen zijn. Misschien zlefs integendeel. Hij is gewoon lasser van beroep en heeft toch een mooie wijsheid.
    Jan Jansen

    BeantwoordenVerwijderen